Sinds eind 2010 is Anish Giri (23) de beste Nederlandse schaker, begin vorig jaar bereikte hij op de wereldranglijst de derde positie, niet lang daarna volgde een terugval, hij staat nu al een hele tijd rond de twaalfde plek.


Hij krijgt wel eens kritiek vanwege de vele remises die hij speelt, toch zou ik hem geen 'remiseschuiver' willen noemen, die term is meer bedoeld voor de schaker die altijd het zekere (halfje) voor het onzekere (winst of verlies) kiest, bij Giri is het anders. Een partij vanuit voordelige stand ook daadwerkelijk naar winst voeren is, in ieder geval het afgelopen anderhalf jaar, een wat minder onderdeel van zijn spel gebleken, een sterk onderdeel daarnaast is zijn mentaliteit in partijen waarin hij het zwaar heeft, uiteindelijk eindigt alles in remise.

Op het toptoernooi in Genève (vandaag 8e ronde) waren het slechts twee remises die Giri op 2 uit 4 hadden gebracht, toen hij zijn volgende partij ambitieus opzette.

Wit: Anish Giri (2775), Zwart: Alexander Riazantsev (2654), 5e ronde GP-toernooi Genève, 10 juli 2017.

 

1.e4 c6 2.d4 d5 3.exd5 cxd5 4.Ld3 Pc6 5.c3 Pf6 6.h3 e6 7.Pf3 Ld6 8.0-0 0-0 9.Te1 Dc7 10.De2 b6 11.Pe5 Lb7 12.Pd2 Tfe8 13.f4 g6 14.g4 a6 15.h4! b5 16.a3 Pa5 17.h5 Pc4 18.hxg6 hxg6 19.g5 Ph5 20.Dg4 Als zwart doorgaat met zijn actie op de damevleugel kan het op hetzelfde offer als in de partij uitdraaien: 20.-a5 21.Pdf3 b4 22.Pxg6! fxg6 23.Lxg6 Pxf4 met interessante strijd. 20.-Pg7?! Speelt het paard om naar f5.

Snelle actie op de h-lijn is wellicht het beste, als het mocht zou hij vast 21.Ta1-h1 hebben gedaan, toch is ook 21.Dh3! Pf5 22.Lxf5! exf5 23.Te2 kansrijk. Giri kiest een stukoffer. 21.Pxg6!? fxg6 22.Lxg6 Hij zal hebben gezien dat slaan op f4 te gevaarlijk is voor zwart: 22.-Lxf4? 23.Dh3! Le3+ 24.Txe3!, en ook dat het na 22.-Tf8? 23.Dh3! uit is, terwijl 22.-Te7 23.Kf2! Kg7 24.Th1 een sterke aanval oplevert. 22.-Pf5! Maar met deze en de volgende zet wordt wit gedwongen op e8 te slaan en dan is er veel spel uit de stelling verdwenen. 23.Pf3 Dg7! 24. Lxe8 Txe8 Een mooi zetje is nu 25.Ta2!, om pas een zet later met b3 of b4 te komen, en zo de toren te activeren. 25.b3 Pa5 26.b4 Te weinig compensatie voor de pion na 26.Ta2!? Pxb3 wellicht. 26.-Pb3 27.Tb1 Pxc1 28.Tbxc1 Dg6 De verdediging lijkt niet zo moeilijk meer voor zwart. 29.Te2 Lc8 30.Tce1 Tf8 31.Th2 Ld7 32.Pe5 Er is niet beter. Maar nu gaat er nog een stuk af. 32.-Lxe5 33.Txe5 Pg7 34.Te1 Df5 35.Dxf5 Txf5 36.Tf1 Le8 37.Th6 Tf8 38.Tf2 Ld7 39.g6 Tf6 40.Tfh2 Kf8 41.Tg2 Kg8 42.Tgh2 Kf8 43.Th8+ Ke7 44.Ta8 Txg6+ 45.Kf2 Remise.

Opgave 3434 was een mat in zeven van Ralf Krätschmer (Stern 1998).

Vanuit deze stelling kan wit mat in één dreigen met 1.cxd3 (2.Dc1#) en 1.c3 (2.Dxd4#), een probleempje is dat het van alle beschikbare zetten de allerslechtste zijn, want na 1.-La4# staat ie zelf mat. De toren van d4 naar e4 heen en weer laten spelen met schaakjes van de dame levert op zich niets op, maar zo is wel de pion op a7 te elimineren, dat brengt de oplossing: 1.De7+! Te4 2.Dxa7+! Td4 3.De7+! Te4 4.Dc5+. Nu staat de beginstelling weer, maar zonder die pion, een van die slechtste zetten van daarnet is in deze stelling juist de allerbeste: 5.c3! (6.Dxd4#), La4+ 6.Kb6! en 7.Dxd4# volgt.

Natuurlijk is 3.c3 niet goed, wit moet dan namelijk na 3.-La4+ met de koning op de penningslijn gaan staan en is na 4.-Td7! uitgepraat.

Opgave 3438

Robin C.O. Matthews
1e prijs Probleemblad 1962

Wit begint en geeft mat op de 3e zet. Sleutel + alle varianten t/m de 2e witte zet (5 punten) voor 10 augustus naar:

Dolf Wissmann

Dirk Boutsstraat 53-b

8932 CP Leeuwarden

Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.

 

 

 

 

 

 

 

Laatst aangepast (dinsdag, 15 augustus 2017 11:14)