Schaakrubriek Friesch Dagblad 17 november 2017
De laatste keer dat ik de ladderstand in de rubriek opnam ging het om die in de krant van 7 juli, en het feit dat het toen ging om de 227e serie van wekelijkse opgaven, die dus voor de 227e keer een ladderstand had opgeleverd kon worden afgeleid dat die ladderwedstrijd al een tijdje loopt. Ook al ging het dan vroeger niet altijd om series van twintig maar ook wel om series van dertien opgaven.
Inmiddels heb ik alle binnengekomen oplossingen op de opgaven 3431 t/m 3450, dat was de 228e serie, verwerkt, vandaar dat in deze rubriek weer een plekje voor presentatie van de ladderstand is ingeruimd.
Maximaal kon deze serie 96 punten opleveren, Elsinga was de enige die nergens iets liet liggen, achter hem een viertal dat ook binnen de marge van 90% van het maximum bleef en dus een vermelding met ster heeft verdiend.
De vijf op volgorde van score gezet levert voor de 228e serie het volgende ranglijst op:
1. Elsinga 96 punten,
2. J. de Boer 95,
3. Hoekstra 93,
4. Kroon 90,
5. S. de Boer 87.
Een viertal oplossers brak dankzij de behaalde punten de grens van 400 punten, gefeliciteerd!, er is weer een prijsje verdiend.
De 228e ladder (= t/m opgave 3450, aantal bestijgingen tussen haakjes):
479 (6) * R. Kroon, Ten Boer
459 (23) * S. Hoekstra, Garyp
455 (18) Mevr. E. Veldhuizen, Emmeloord
419 (9) B. Holtrop, Zwolle
359 B. Nauta, Sint Annaparochie
359 J. van der Veen, Sint Annaparochie
356 (9) M. Monsma, Hengelo (o)
322 (25) * J. de Boer, Berkel en Rodenrijs
319 (6) K. Faber, Zwolle
315 (11) J.M. Reitsma, Gorredijk
255 (5) H.J. Dijkstra, Ysbrechtum
213 (8) P. Postma, Earnewâld
209 (24) * G.J. Elsinga, Harlingen
207 (17) W. Ykema, Leeuwarden
220 (22) * S. de Boer, Burdaard
200 (13) J. de Jong, Drachten
179 (13) K.A. Jellema, Drachten
162 (1) W. Möller, Amsterdam
84 (28) P.H. van der Laan, Zuidlaren
83 (14) P. Jaarsma, Cothen
12 Job en Jelte Lindeboom, Minnertsga
Met opgave 3451 is dus enkele weken geleden de 229e serie begonnen, dat betrof de nu volgende verbetering van een driezet van Niemeijer en Hartong gepubliceerd in 1974, die gezien twee latere versies ook bij die componisten destijds de indruk had gewekt dat er verbetering mogelijk zou kunnen zijn.
Naar aanleiding hiervan ging Sjoerd Hoekstra de uitdaging aan, uiteindelijk kwam hij tot de nu volgende stelling, opgave 3451.
M. Niemeijer en J. Hartong, 4e EV Probleemblad 1974,
versie Sjoerd Hoekstra (Garyp) 2012
Na 1.Pd7! is het ZZ! (zugzwang) en dan gaat het om de eerste vier varianten:
1.-g2/Tg2 2.Pd4! en 3.Pb6#,
1.-g4 2.Pc5! en 3.Pe3#,
1.-Lg2/Lh3 2.Pb6+! Kb5 3.c4#,
1.-Le2 2.Pe3+! Kd3 3.Lb1#.
De paardzetten naar b6 en e3 komen als tweede zet of als matzet, en vooral de interferenties van de pionnen op de g-lijn waardoor zwart geen wit paard kan pennen, zijn fraai. Eigenlijk bleken alle pluspunten van de versies uit de vorige eeuw in dit probleem verenigd, knap werk dus. Een bijvariant is nog 1.-a5 2.bxa5.
Opgave 3452 betrof een tweezet van Arnoldo Ellerman (Chess 1946).
Het is te raden dat het paard van d4 moet spelen, in de meeste gevallen dreigt dan 2.Txf4#. Als 1.Pc6? e5! en 1.Pe2? e6! zijn onderkend, blijft eigenlijk alleen 1.Pb5! over, dan dreigt dus 2.Txf4# en varianten daarop zijn: 1.-Tf- ~ 2.Dc1#, 1.-Le4 2.Td4#, 1.-Le6+ 2.Dxe6#, 1.-Lxf7 2.Dxf4#, 1.-e6 2.Pd6# en 1.-e5 2.Txc7#.
Opgave 3456
Walter Byas
The British Chess Magazine 1935
Wit begint en geeft mat op de 2e zet. Sleutelzet (3 punten) + alle matzetten die wit nodig heeft (1 punt)
punt) voor 14 december naar:
Dolf Wissmann
Dirk Boutsstraat 53-b
8932 CP Leeuwarden
Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.
Laatst aangepast (maandag, 20 november 2017 21:56)